Wie wonnen de Publieksprijs en de Galerieprijs?
Hoe gaat het eigenlijk met de winnaars van dit jaar? John kreeg de Publieksprijs, Pieter de Galerieprijs. We vroegen ons af hoe het winnende werk tot stand is gekomen en onder welke omstandigheden het is gemaakt.
John Fitzgerald Verhoef – Water resistant,
‘Voor al mijn werk haal ik mijn inspiratie uit het leven. Op dit schilderij zie je mijn zoontje spelend bij opa en oma met een waterslang. Hij zou eigenlijk de plantjes water moeten geven, maar was zo gefascineerd door de waterstralen dat hij maar in de lucht bleef sproeien om het water te aanschouwen. Ik wil in mijn werk de mens terughalen in het verhaal. In dit werk doe ik dat door de mens als een silhouet neer te zetten, wel herkenbaar, daar waar het eigenlijk een afdruk van het dagelijks leven vormt.
Atelier John Fitzgerald Verhoef
Water resistant heb ik gemaakt in mijn atelier. Een grote en veelzijdige zolderkamer waar ik op een stuk of zes ezels tegelijk werk en verschillende stijlen schilder: zowel abstract, figuratief, modern als hedendaags.
Het gewonnen bedrag ga ik sowieso investeren in kunst, dat staat voorop. Ik wil heel graag nieuwe projecten doen. Beeldhouwen spreekt mij in het bijzonder aan; of het nu met klei of met brons is. Ik zie dit als een mogelijkheid om te investeren in de meerdere facetten van het kunst maken.’
Pieter van Eck – De wonderlijke visvangst
‘Mijn werken staan nooit op zichzelf. Het is een gevolg van veel inspanning, denkwerk en gepuzzel. Het leukste en meest uitdagende is dan ook dat je als kunstenaar jezelf weet te verrassen. Het eindresultaat kan nooit van te voren vastliggen. Dit werk bevat een grote mate van toeval.
Het thema water verhoudt zich vrij letterlijk tot het werk: het is boot, we zien vissen, stroming, een net. Overigens heb ik dit werk al eerder gemaakt dus ik heb het enkel uitgekozen voor de ZomerExpo omdat het paste in het thema van dit jaar. Voor mijzelf zit er nog een diepere laag onder, een laag die zoekt naar iets universeels.
Atelier Pieter van Eck
Ik werk in een groot atelier bestaande uit een werkplaats, een opslagruimte en een tekenkamer. In mijn atelier vindt vooral een teken- en denkproces plaats. Door dit proces kom ik uiteindelijk bij een beeld dat ik van te voren niet had kunnen voorspellen.
De Galerieprijs is al geïnvesteerd. Ik ben nu met een project bezig waarbij ik dingen moet laten maken, dus hiervoor heb ik financiën nodig. Het is een totaal ander project, niet te vergelijken met De wonderlijke visvangst. Het is namelijk een zakmes; een kunstwerk dat ik handgemaakt heb en waarvan nu meerdere oplagen worden gemaakt.’